dinsdag 9 november 2010
Bloed
Hoewel de ramen waren dichtgeplakt met oude kranten, trok er van tijd tot tijd een koude windvlaag door het laboratorium. Buiten lag de sneeuw wel twee meter hoog – om de paar dagen stuurde professor Bhatia een van zijn assistenten naar de bovenverdieping die vervolgens, gewapend met een grote schep, uit het raam moest springen en de weg naar de voordeur vrij moest maken. Twee keer per week landde er een helikopter om voedsel te brengen, en dan moest de voordeur open. Verder waagde niemand zich ooit buiten. Het was veel te koud, en bovendien werd iedereen volledig in beslag genomen door het onderzoek. Dit was het levenswerk van professor Bhatia, en hij was er zo door bezeten dat iedereen die met hem samenwerkte dag en nacht door bleef gaan.
'Resultaten! Ik wil resultaten zien!' grauwde de baas van tijd tot tijd vanaf zijn werkkamer, en dan renden alle wetenschappers door de gangen met reageerbuizen en uitdraaien en rapporten. In een rijtje moesten ze voor het reusachtige bureau gaan staan, om een voor een te vertellen over de laatste vorderingen. Zelden was de legendarische hoofdonderzoeker tevreden, en niet zelden vlogen de meubelstukken door de kamer. Voor zo'n klein mannetje was Bhatia nog aardig sterk. Je zou het niet zeggen als je hem zag, maar vroeger, voor hij naar Canada was gekomen, had hij in een of ander louche Indiaas legeronderdeel gewerkt - dat verraadden de foto's aan de wand tenminste. De geruchten gingen dat hij zichzelf in die tijd geïnjecteerd had met vreemde stoffen, waardoor hij nog steeds beresterk was.
Op deze bewuste dag was de sfeer extra gespannen. 'Vandaag is het uur U,' zo had Bhatia 's ochtends door het gebouw gebruld. 'Vandaag gaat de kroon op het werk!' Bij hoge uitzondering was hij zelfs persoonlijk naar het laboratorium gekomen, dat speciaal voor de gelegenheid was opgeruimd. Er waren stoeltjes neergezet in een kring, waarop de onderzoekers gingen zitten. Bhatia stond in het midden, een grote schijnwerper op zich gericht.
'Proefpersoon!' gilde hij. Omdat zijn Engels nog niet zo best was, was altijd nogal kort van stof, wat de luid geschreeuwde aanwijzingen een nogal hysterisch, angstaanjagend karakter gaven.
Daar was de proefpersoon al. Een angstig eskimootje, dat Bhatia maanden geleden speciaal voor dit doel had meegebracht. Het eskimootje zat al die tijd gevangen in een kooi in de hoek. Er was een speciale assistent om hem te voederen, maar ondanks alle goede zorgen krijste het eskimootje als een speenvarkentje terwijl hij uit zijn kooi gehaald werd. Zou het eskimootje weten welk lot hem boven het hoofd hing? Je zou het bijna denken.
'Handschoenen!'
Bhatia schreeuwde nog harder dan gewoonlijk, en het was hem duidelijk aan te zien dat de zenuwen hem bijna te machtig werden. Dikke druppels zweet parelden op zijn voorhoofd. Een setje plastic handschoenen werd de wetenschapper aangereikt, en hij trok ze langzaam aan. Iedereen was stil, zelfs het eskimootje, waardoor het geknars van het plastic extra luid en naargeestig klonk.
'Bips!'
Het eskimootje werd omgedraaid, en onder de nodige ohhhhhhs en ahhhhhs van de omstanders werd zijn achterwerk door Bhatia ingesmeerd met de substantie die de onderzoekers de afgelopen maanden hadden ontwikkeld. En toen gebeurde het... Aaaargh!!!
(de afloop van dit verhaal kunt u lezen via onderstaande link. opgepast! niet voor mensen met een zwakke maag)
http://www.elsevier.nl/web/Nieuws/Wetenschap/280684/Wetenschappers-veranderen-huidcellen-in-bloed.htm